E-Semantiek

Uit ASTRA
Naar navigatie springen Naar zoeken springen


Icon-e-semantiek.png

Ordening

Betekenis en bronnen

Beschrijving

E-Semantiek betreft het informationele kennisdomein, de bibliotheek van begrippen, definities en bronnen van en voor de keten.

Toelichting

Zonder afgesproken begrippen, verantwoordelijkheden en bronnen voor informatieobjecten is communicatie niet mogelijk.


Aanwijzing.png

Alle afspraken over betekenissen, bronnen, nummerstelsels, afleidingsregels, grondslagen, doelen, processen en diensten zijn op één plaats, de te ontwikkelen SRK-Repository, te vinden[1].


Zie ook Informatie-uitwisseling voldoet aan ketenbrede modellen (BSA01) en SRK-Repository bron voor algoritmes op ketenniveau (BSA13).

De SRK-Repository, met alle bijbehorende processen is de kern van E-Semantiek. De reikwijdte omvat meer dan de primaire associatie met het Canoniek DataModel Strafrechtketen (CDM).

Onder het bereik van E-Semantiek valt:

Werkingsgebied Verantwoordelijkheid Toelichting
Het (laten) onderhouden en publiceren van informatieobjecttypen
  1. SRK Thesaurus;
  2. Actorrollen;
  3. Processen, oorspronkelijke diensten en informatiediensten onderling gerelateerd en gerelateerd aan actorrollen en verantwoordelijkheden, grondslagen en doelbinding
    1. Producten- en dienstencatalogi;
  4. Gegevensmodellen (op verschillende lagen) met daarin opgenomen:
    1. Nummerstelsels en wijze van uniciteit;
    2. Afleidingsregels;
    3. Referentiegegevens;
    4. Stamdata.
  5. Informatieproducttypen inclusief verantwoordelijkheden, doelbinding en grondslagen, gerelateerd aan oorspronkelijke diensten en informatiediensten.
    1. Attenderingen, afspraken vallen hier ook onder.
  6. (Archief) Metadatastandaarden;
  7. Afleidingsregels voor communicatie met ketenpartijen buiten de strafrechtketen (zoals Migratieketen, Zorgketen en Burgerdomein). Inclusief de verantwoordelijke voor de afleidingsregel. Omvat omzetting van coderingsregels, syntax en labels;
  8. Gegevenswoordenboeken;
  9. Berichtenboeken gekoppeld aan processen en informatiediensten;
  10. Standaarden voor modellering en vastlegging van bovenstaande in E-Semantiek;
  11. Begrippenlijst.

Van elke type in E-Semantiek dient bekend te zijn: wie is verantwoordelijk voor de inhoud, wie stelt de definitie (type) en verdere afspraken vast, wie daarvoor wordt geraadpleegd, wat de wijzigingsprocedure is, wat de geldigheidsperiode is en welke beschikbare ondersteuning beschikbaar is. Hierdoor ontstaan een catalogus van beschikbare informatieobjecten, waar deze voor wie op welke grondslag voor welk doel zijn te verkrijgen. Ook de verantwoordelijke voor de definitie ligt hier vast [2]

Zie ook: Informatie-uitwisseling beschreven in PDC (BSA06) en Verantwoordelijkheden informatieproducttype duidelijk (BSA10)

Komen tot en beheren van afspraken
  1. Voor bovenstaande organiseert E-Semantiek de afstemming en ondersteuning van het proces tot vaststelling. Overlegtafels worden georganiseerd langs de indeling van de informatiedomeinen.;
  2. Afstemming met andere ketens;
  3. Adviseren over in wet- en regelgeving te hanteren semantiek.
Beheren van referentiegegevens, codestelsels, master- of stamdata (w.o. grondslagenregister)[3] Dit is beheer op het instance niveau van de referentiegegevens.


Aanwijzing.png Afspraken worden ondersteund met modellen. Voor het CDM dient methodisch aangesloten te worden op rijksstandaarden voor semantisch modelleren en op de concepten van linked-data[4].

Aanpassingen en uitbreidingen dienen tijdig plaats te vinden. In samenwerking met het programma Ketenvoorzieningen worden knelpunten en ambities verder verkend.


Aanwijzing.png E-Semantiek is niet de plaats voor een ketenbrede voorziening voor “melding gerede twijfel”. Dit is een bedrijfsproces en overstijgt daarmee een ketencommunicatievoorziening. Hier ligt een ketensteunpuntvoorziening voor de hand in aansluiting op ondersteuning voor foutherstel.



Questionmark.png Punt van discussie en nader onderzoek: in welke mate draag E-Semantiek bij aan het verbeteren van de kwaliteit van gegevens? Bijvoorbeeld door het beschikbaarstellen van toetsingsinstrumenten, kwaliteitscontroles en rapportages.


Architectuur

Toetsingskader items[brontekst bewerken]

 IDStatementType
Aangeven verantwoordelijke partij voor informatieBSA04Van informatieproducttypen, bronobjecttypen en afleidingsregels is aangegeven wie de verantwoordelijke partij is, en in welke context die gebruikt mogen worden.Aanwijzing
Afleidingsregels voor afgeleide gegevensBSA03Voor ieder afgeleid gegeven is de afleidingsregel geformuleerd.Aanwijzing
Doelbinding/grondslag vastgesteld voor verstrekking informatieproductBSA11Van ieder informatieproducttype is vastgesteld en ketenbreed raadpleegbaar op grond van welke doelbinding(en) en grondslag(en) het informatieproduct verstrekt mag worden.Aanwijzing
Gebruikmaken van CDM voor ketenveranderinitiatievenBSK01Alle ketenveranderinitiatieven maken voor het definiëren van hun semantiek en syntax gebruik van het CDM.Richtlijn/standaard
Handelingsperspectief voor 'terugmelding in behandeling'BSG03Wat te doen zolang de terugmelding in behandeling is of het ongewenst resultaat oplevert: sla een verbetering lokaal op t.b.v. gebruik binnen de eigen ketenpartner, maar wijzig niet het ontvangen bronobject (want die kan worden overschreven bij nieuwe ontvangst)Practice
Informatie-uitwisseling beschreven in PDCBSA06Ieder informatieproducttype, de samenstelling ervan uit gegevenselementtypen en de representatietypen waarin het informatieproduct kan worden uitgewisseld, is beschreven in de producten- en dienstencatalogus (PDC).Aanwijzing
Informatie-uitwisseling voldoet aan ketenbrede modellenBSA01Alle begrippen en informatieobjecttypen die worden uitgewisseld in of met de StrafRechtKeten voldoen aan ketenbrede modellen en gegevenswoordenboeken.Aanwijzing
Informatieobjecten voorzien van metadateringBSA07Informatieobjecten zijn voorzien van metadatering, conform het informatiemodel KDAAanwijzing
KetenreferentiegegevensBSA05Voor ketenreferentiegegevens wordt gebruik gemaakt van de voor de Strafrechtketen bepaalde informatiebronnen.Aanwijzing
Niet wijzigen van ontvangen bronobjectenBSA09Ontvangen bronobjecten mogen door andere ketenpartners gebruikt worden binnen hun grondslag en doelbinding, maar niet door die gebruikende ketenpartners gewijzigd.Aanwijzing
Objecttype goed gedefinieerdBSA02Ieder objecttype is goed gedefinieerd.Aanwijzing
SRK-Repository bron voor algoritmes op ketenniveauBSA13SRK-Repository is de authentieke bronlocatie voor de algoritmes die op ketenniveau worden gebruikt.Aanwijzing
Vastleggen relaties tussen verschillende identificatiekenmerken van dezelfde objecttypeBSA12Relaties tussen verschillende identificatiekenmerken van dezelfde objecttypen zijn vastgelegd.Aanwijzing
Verantwoordelijkheden informatieproducttype duidelijkBSA10Van ieder informatieproducttype dat wordt uitgewisseld in de keten is duidelijk wie verantwoordelijk is voor:
  • het leveren van het informatieproduct (informatieleverancier),
  • het produceren en afleveren van het informatieproduct (informatieproducent),
  • de inhoud van het informatieproduct (de bronhouder(s) van de bronlocaties van waaruit het informatieproduct wordt samengesteld).
  • Aanwijzing
    Verantwoordelijkheid voor oorsprongobjectenBSA08Oorsprongobjecten worden in de oorspronglocatie onder de verantwoordelijkheid van een ketenpartner (oorspronghouder) beheerd.Aanwijzing
    1. De implementatie kan gedistribueerd zijn
    2. De concrete invulling van de afspraken 3.2, 3.3. en 3.4 uit EA JenV m.b.t. betekenis en verantwoordelijke voor gegevens
    3. Het Bureau Referentiegegevens heeft een JenV-breed bereik. De strafrechtketen dient hiermee zeer nauw samen te werken.
    4. Bij de Nationale Politie is veel kennis over semantisch modelleren en linked-data.