HKBA paspoortsignalering

Uit ASTRA
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Op deze pagina bespreken we een praktijktoepassing van de HKBA. We laten zien hoe de HKBA is gebruikt en wat dit heeft opgeleverd. Neem voor vragen contact op met pm.

Situatie[bewerken | brontekst bewerken]

Met de invoering van de Wet OM-afdoening (USB) in 2020 verschoof de verantwoordelijkheid voor de tenuitvoerlegging van opgelegde straffen van het Openbaar Ministerie (OM) naar de minister voor Rechtsbescherming. De minister heeft deze verantwoordelijkheid gemandateerd aan de afdeling Executie van het Centraal Justitieel Incassobureau (AICE) en er is een project gestart om deze verandering door te voeren. Paspoortsignalering houdt in dat een persoon wordt geregistreerd in het Register Paspoortsignalering (RPS), om te voorkomen dat aan die persoon een nieuw paspoort wordt verstrekt, zodat de tenuitvoerlegging van opgelegde straffen in Nederland niet kan worden ontdoken.

AICE, dat niet de inhoudelijke capaciteit had om deze taak zelfstandig uit te voeren, wilde een deel van de besluitvorming delegeren aan andere organisaties met betere informatie over de veroordeelde persoon. In dit geval de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) die toeziet op de tenuitvoerlegging van vrijheidsstraffen (gevangenisstraf), de afdeling Service en Inning van het CJIB (D&I) die de financiële sancties (strafrechtelijke boetes of slachtoffervergoeding) beheert en 3RO (reclassering) die overtredingen van beperkende maatregelen, zoals contact- en contactverboden, aanpakt.

Taak[bewerken | brontekst bewerken]

Om te begrijpen hoe de huidige verdeling van verantwoordelijkheden zou verschuiven en welke organisaties welke specifieke verantwoordelijkheden op zich zouden kunnen nemen, werd de HKBA ingezet. Dit hield in dat de relevante diensten werden geïdentificeerd en gespecificeerd, inclusief de toewijzing van verantwoordelijkheden aan verschillende organisaties, en dat de op handen zijnde veranderingen systematisch werden aangegeven. Alle diensten die de verschillende organisaties in het kader van paspoortsignalering zouden kunnen leveren, werden geïdentificeerd, in kaart gebracht en gekoppeld aan wetgeving.

Actie[bewerken | brontekst bewerken]

De HKBA werd toegepast door een klein team bestaande uit een business analist, enkele materiedeskundigen en een procesbegeleider gedurende een aantal weken, voornamelijk in online sessies. Er werd een beperkte set HKBA-elementen gebruikt.

Resultaten[bewerken | brontekst bewerken]

  • Op dit moment richt OM zich voornamelijk op het opsporen van personen die zich al aan de tenuitvoerlegging van vrijheidsbenemende sancties hebben onttrokken. Signalering in het kader van de uitvoering van beperkende maatregelen en/of de uitvoering van financiële sancties werd zelden gebruikt. Daarom wordt verwacht dat de overdracht van de verantwoordelijkheden van OM naar AICE
    • een toename van het totale aantal gesignaleerde paspoorten met zich meebrengt (orde van enkele honderden) en
    • dat een deel van het proces nieuw zal zijn voor alle betrokken organisaties.
  • LP-FAST, een onderafdeling van het OM met een bloeiende werkrelatie met de ambassades, bleek zeer effectief in het opsporen van Nederlandse veroordeelden in het buitenland en hen te dwingen terug te reizen naar Nederland om een nieuw paspoort met aanvullende sancties te ontvangen. Vanwege dit reeds goed functionerende proces onderzoeken AICE en OM of een deel van de verantwoordelijkheid voor paspoortsignalering bij het OM kan blijven.  
  • In het oorspronkelijke ontwerp was 3RO gemandateerd om het vluchtrisico te beoordelen (de kans dat een persoon naar het buitenland gaat om te proberen de uitvoering van beperkende of vrijheidsberovende sancties te ontlopen). 3RO verklaarde echter dat een dergelijke delegatie van vluchtrisicobeoordeling niet haalbaar was, omdat vluchtrisico geen criterium was dat zij hadden gedefinieerd of waarover zij kennis hadden en hun personeel onvoldoende professioneel opgeleid was. Bovendien zouden deze beoordelingen het vertrouwen tussen het personeel en de veroordeelde persoon in de proeftijd kunnen schaden. Dit resulteerde in nieuwe overlegrondes tussen 3RO en het ministerie over wie de gedefinieerde delegatie van verantwoordelijkheden moet aanpassen en welke organisatie zich moet aanpassen.
  • Er werden zorgen geuit over responstijden en de juridische positie van burgers die geen paspoort zouden krijgen. Net als LP-FAST zou AICE een 24/7 operatie moeten opzetten, en ook de overheidsdiensten die verantwoordelijk zijn voor de beoordeling zouden op korte termijn beschikbaar moeten zijn om een paspoortsignalering opnieuw te beoordelen of een afspraak te maken met de gesignaleerde burger. Het nieuwe proces zou rechtvaardig, duidelijk en snel moeten zijn om de rechten van de gesignaleerde burgers te waarborgen.
  • Er werden productiedoelen genoemd (bijv. 450 verwachte extra paspoortsignaleringen per jaar), maar er werd geen operationeel doel genoemd (verwachte toename van mensen die hun wettelijke straf uitzitten) - wat de toekomstige evalueerbaarheid van de effectiviteit van deze wet belemmert.

Reflectie[bewerken | brontekst bewerken]

Hoewel de HKBA beperkt werd toegepast in de paspoortsignaleringszaak leverde het duidelijkheid op over welke organisatie specifieke verantwoordelijkheden op zich zou nemen op basis van verschillende criteria, en de haalbaarheid daarvan. Ook werd de aandacht gevestigd op de effectiviteit en evalueerbaarheid van de wet. Daarnaast bood het een analytisch kader dat het gestructureerd documenteren van de op handen zijnde veranderingen vergemakkelijkte. Tot slot verschafte het de belanghebbenden duidelijkheid over onderwerpen met betrekking tot de governance tussen organisaties om een soepele dagelijkse werking te faciliteren.